Blogs
Een huishouden van Jan Steen
‘Het is zo’n 4 weken geleden dat ik de vloer gedweild heb’ bedenk ik mij terwijl ik de stofzuiger uit de schuur tevoorschijn haal. Inmiddels ligt er meer rommel op de grond dan dat ik laminaat zie dus stofzuigen vind ik even nodig. Ik geniet van het geluid van opzuigende kruimels, modder en etenswaar wat door de buis in de opvangbak beland. Hooguit 2 keer in de week gebruik ik ‘m en heb ik even mijn stofzuig-geniet-momentje.
Tegenwoordig staat het huishouden op plek zoveel, ergens achteraan in het rijtje van ‘belangrijke’ dingen. Zo besefte ik mij laatst dat het al ruim een week geleden was dat ik een doekje door de wc had gehaald en vouw ik de was pas als ik struikel over de volle wasmanden in de schuur.
Ik kan nog net door de ramen kijken en de kozijnen buiten zijn meer groen dan wit.
En de slaapkamers? Oh, ik kan mij eigenlijk al niet eens meer heugen dat ik daar met een doekje ben geweest.
En ik ben rete trots op mijn rommelige en ongestructureerde huishouden!
Een tijd geleden was dat namelijk wel anders. Ik was bijna altijd aan het poetsen, hield schema’s bij wanneer welke kamer aan de beurt was, deed elke maand de ramen, stofzuigde elke dag (soms zelfs 2x), de wc werd standaard 3x in de week gedaan en ik had vaste was en vouw dagen. Want zo hoorde het toch?
Het huishouden bestond uit mijn vaste dagelijkse bezigheden en zodra ik even thuis was moest ik daarom van mijzelf aan de poets. En nog zei ik tegen bezoek ‘Let maar niet op de rommel hoor’. In mijn ogen was er namelijk altijd rommel, altijd ergens wel viezigheid en waren de vensterbanken nooit goed genoeg stofvrij. Daar moest ik mij uiteraard wel even voor verontschuldigen….
Als er onverwacht bezoek zou komen moest ik daarop altijd voorbereid zijn. Ik wou hoe dan ook mijn huis altijd schoon en opgeruimd hebben.
Ik vond het heerlijk als mensen bij mij thuis zeiden dat het ‘altijd zo netjes’ bij mij was, dat ik ‘alles zo goed op orde had’. Die opmerkingen deden mij als persoon groeien, ik was ergens goed in en anderen konden dat dan aan mij zien. Ik was dan iemand die de boel goed op orde had, ik deed ertoe!
Wat anderen helemaal niet zagen was dat ik het deed voor mijn eigen waarde, om gezien te worden en om goed genoeg gevonden te worden.
Dat ik maar door ging ook al was ik bekaf en daardoor regelmatig over mijn grens ging.
Dat ik mijzelf een enorme druk had opgelegd om te voldoen aan een immens hoge lat die ik mijzelf had gegeven. Anderen zagen ook niet dat ik met iets teveel regelmaat op mijn huisgenoten kon mopperen en zeuren omdat ze weer modder mee naar binnen hadden genomen, hun sporen hadden nagelaten in de wc pot, de was in de wasmand hadden verfrommeld en met hun handen aan de ramen hadden gezeten. Ook kon ik mijn geduld niet bedwingen als de kinderen voor de zoveelste keer een bak lego op de kop hadden gegooid, nu lag er weer rommel! Nu moest ik wéér aan de slag, al het werk voor niks! Wat dachten ze wel niet, straks zou onverwacht bezoek mij zien als een slechte huisvrouw en moeder, dan zou ik iemand zijn die de boel niet op orde had. Kwam er onverwacht wel iemand langs dan stond ik met samengeknepen billen in de hoop dat ze het niet zagen.
Ik hing mijn waarde aan de beoordeling van een ander. Zoals ik dacht over mijn huishouden, zo dacht ik ook dat anderen er over dachten.
Tot ik leerde dat het míjn gedachtes waren, ik mijzelf die druk oplegde en er helemaal niks ernstigs gebeurt als de wc een week niet wordt schoongemaakt.
Langzaam en stapje voor stapje mocht ik van mijzelf het huishouden doen op een manier die ik zélf wil en alles doen op míjn tijd. Komt het vandaag niet, dan morgen wel of overmorgen of volgende week. Precies zoals ik het graag zie.
En heeft iemand last van rommel of viezigheid? Dan wijs ik met liefde waar de emmer en doekjes liggen….
Wandelen is zoveel meer
De regen tikt tegen het dak. Ik voel de moeheid in mijn lijf na een oud&nieuw weekend. Het liefst draai ik mij nog een keer om in m’n warme bed maar de moeder in mij zorgt dat ik toch m’n bed uit stap. De plicht roept.
Nadat ik onze dochter in alle vroegte heb uitgezwaaid plof ik neer op de stoel. Zal ik nog heel even weer in bed gaan? Ik heb geen energie voor deze dag.
Doelloos scroll ik ondertussen op mijn telefoon en betrap mijzelf erop dat ik voor de zoveelste keer dezelfde app open.
Ik neem een besluit, doe mijn jas en wandelschoenen aan, stop oordopjes in mijn oren en start een podcast op. Gewapend met paraplu stap ik de donkere morgen in.
Na tien minuten kom ik tot de ontdekking dat ik nog geen woord van de podcast heb gehoord en doe hem uit. Het past er niet bij in mijn hoofd.
Het is alleen nog ik en het tikken van de regen op de paraplu. Geen vogels, geen mensen, geen gepraat in mijn oren.
Mijn gedachten vliegen alle kanten op. Over afgelopen weekend, over de komende dagen, over vorige week en de opmerking van gister. Het boodschappenlijstje voor straks en het ontzettend leuke moment van donderdag.
Langzaam worden mijn gedachten rustiger. Ik voel de energie in mijn lichaam toenemen. Ik wil nog niet naar huis en sla linksaf ipv de gebruikelijke rechtsaf.
Ik sta even stil en geniet van de lucht die in de verte aan de horizon voorzichtig lichter begint te kleuren. Ik bedenk mij hoe dankbaar ik ben voor de nieuwe dag, mijn leven en de mensen om mij heen.
Als ik na een klein uur mijn natte schoenen thuis uit doe op de deurmat besef ik mij: Wandelen is zoveel meer dan alleen de ene voet voor de andere zetten.
Het mag er zijn!
Voor de zoveelste keer zucht ik diep en staar naar het plafond. Een vreemd plafond in een vreemde kamer met een vreemde geur. Ik denk aan thuis en mijn eigen bed, vertrouwd met mijn eigen geur. Hoewel het een ontzettend fijne dag was en morgen weer een leuke dag beloofd te worden, voel ik mij eenzaam in het vreemde bed. Naast mij klinkt zacht gesnurk, ik ben fysiek niet alleen maar samen met mijn dochter.
Toch doen mijn gedachten en gevoelens wel geloven dat ik alleen ben en voel ik onrust in mijn lijf, een gevoel dat als heimwee het dichtste bij komt.
Ik verlang naar mijn eigen bed in mijn eigen omgeving, niet in deze hotelkamer. Opnieuw pak ik mijn boek erbij en lees nog een paar bladzijdes, de onrust voelend.
Ik leg mijn boek weg, pak nog een keer mijn telefoon en scroll er doelloos op. Langzaam zie ik de minuten weg tikken. Ik wil nu toch wel echt gaan slapen, anders kan ik het morgen weer verduren. Ik leg mijn telefoon weg, knip het lampje uit, doe mijn ogen dicht en kom de volgende morgen tot de ontdekking dat ik toch in slaap moet zijn gevallen.
Wat ik voelde die avond hou ik de rest van de dag voor mijzelf. Ik maak er niemand deel genoot van. Het is toch raar om heimwee te voelen als je het zo leuk hebt samen in dat hotel? Het is tot raar om onrustig te zijn terwijl de 2 dagen samen juist zo relaxed zijn? Ik wil dit helemaal niet voelen. Het mag er niet zijn.
Het gevoel blijft mij de hele dag zeurend achtervolgen…
Aan het eind van de dag halen we mijn andere dochter op die uit logeren is bij opa en oma. Tussen alle verhalen door verteld ze dat ze het spannend vond alleen op de zolderkamer en s ’avonds naar beneden was gegaan om dit te zeggen, waarop oma besloot om bij haar te gaan liggen waarna ze in slaap viel.
In de auto op weg naar huis geef ik haar een groot compliment om wat ze gedaan heeft; Dat ik het knap vind dat ze zo sterk was om naar beneden te gaan en haar gevoelens durfde te delen.
Om antwoord te geven op haar vragende ogen zeg ik, mijn gevoel van gisteravond negerend: ‘Ik stond vroeger huilend bovenaan de trap als ik bij oma logeerde en durfde niet te zeggen dat ik het spannend vond’. Een hard gelach klinkt vanaf de achterbank. Als ik vraag waarom ze zo hard moet lachen zegt ze: ‘Dat is dom!’
En ik besef dat ze groot gelijk heeft. Je gevoelens niet uiten en delen is eigenlijk best wel dom.
Kwetsbaarheid
De kracht van kwetsbaarheid
Ik zag het voor mijn ogen gebeuren. Ik was er onderdeel van. Een vurige pijl die recht mijn hart in ging.
Tegenover mij aan tafel met een wijzende vinger en verdedigende woorden bracht hij zijn mening. Zinnen vol wijsheid en woorden van ‘Hoe het hoort’.
Zijn woorden hadden de overhand, benam de ander zijn spreekrecht.
Onze woorden telde niet mee.
Ik voelde het borrelen, diep van binnen begon een vuurtje te branden.
Er was geen verbinding, er was geen luisterend oor. Alle mensen aan de tafel, met elk hun eigen kijk en verhaal, konden niet gehoord worden. Er was geen ruimte voor, het mocht er niet zijn.
Het vuur in mij werd feller en letters zochten een uitweg naar buiten. Zonder echt te beseffen wat ik deed begonnen de letters woorden te vormen die duidelijk maakte wat mijn hart te zeggen had. Het voelde naakt, alsof mijn kleren uitgetrokken werden en mijn geraakte hart bloot werd gelegt.
Het enige wat ik kon doen was vertellen wat het míj deed. En dat is kwetsbaar.
Ik zei dat ik voelde dat de woorden van de anderen naast mij er niet mochten zijn.
Dat andere meningen en gevoelens dan de zijne er niet mogen zijn, omdat het afwijkt van de ‘norm’.
Dat ik mij niet gezien voelde en dat dát mij raakt.
Ik deed het uit liefde voor de ander en voor mijzelf om de verbinding terug te brengen naar daar waar het om ging in het gesprek; SAMEN verder komen. Samen.
Het werd stil aan de andere kant van de tafel. Ik zag dat mijn woorden landde, hem aanraakte en wat deden.
En op dat moment besefte ik wat de kracht van kwetsbaarheid werkelijk betekent.
*
Ook jouw woorden
ook jouw mening
ook jouw kijk
Het mag er zijn!
In liefde voor elkaar. Samen.
Laat zien hoe mooi je bent!
De muur om je hart
Van stenen en cement
Ontstaan door het verleden
Langzaam opgebouwd
Door kwetsende opmerkingen
En het eenzame gevoel
Niet gezien en geliefd
Zoals je nodig had
Angst om de pijn nogmaals te voelen
Het leven voluit aan te gaan
Doen de stenen het tegengaan
En je gevoelens uit te gaan
Gevoelens die maken dat je leeft
En genieten kan van dit moment
Te leven zoals je bedoeld bent
Vol kracht en liefde op te staan
Te staan voor wie je bent
Te gaan voor wat je wil
Vol vertrouwen in jezelf
Met de power die je nog niet kent
De stenen mogen worden afgebroken
Met zijde handschoenen aangeraakt
Langzaam, steen voor steen
Zodat er weer licht komt in je hart
Licht die jou laat stralen
Laat bloeien in jouw kracht
Om vol waarde te leven
Te laten zien hoe mooi jij bent
Het eerlijke verhaal over ouderschap
‘Ik wou dat ze er niet waren.’
Het benauwd me om te weten dat ze nooit meer weg gaan, dat het nooit over zal zijn en ik voor dit hele leven moeder zal zijn.
Dat ik mijn hele leven blijf geven en geven en er (nu) niet zoveel voor terug zal krijgen.
Dat er altijd een soort touw zit tussen mij en hen die mij terug trekt en mij mijn vrijheid ontneemt.
Dat er niemand anders is die mij zo kan confronteren met mijn tekortkomingen als zij, die mij in de spiegel laten kijken van een onvolmaakte moeder.
Ze laten mij voelen dat ik moeite heb los te laten en te vertrouwen op hun eigen kunnen.
Ze hebben tijd en aandacht nodig die ik ze vaker niet dan wel kan geven.
Hoe kan ik als onvolmaakte moeder hun voorbeeld zijn?
Op de momenten dat het moederschap mij benauwd en aanvliegt wil ik het liefst weg vluchten en wens ik dat ze er niet waren.
Dat doet pijn. Het is te rauw en het voelt enorm alleen met die gedachten.
Want kinderen zijn toch fantastisch? Absoluut!
Je krijgt er toch zoveel liefde voor terug? Zeker!
Je kan toch zoveel van ze leren? Oh, man, je beseft je lang niet hoeveel dat is!
Je houdt toch van ze? Met heel mijn hart en nog zoveel meer!
Maar er is een andere kant van de medaille die niet gauw besproken mag worden.
Omdat ze kinderen kunnen kwetsen en het gevoel kan geven dat ze niet gewenst zijn.
Maar weet je? Al deze gedachten en gevoelens zeggen helemaal niks over mijn kinderen.
Ze zeggen alles over míj. Over mij als moeder die maar wat doet, die geen diploma ‘moederschap’ behaald heeft, die struggled, struikelt en valt over haar eigen leven.
Het ouderschap is, net als het leven, af en toe gewoon echt zwaar.
Herkenbaar voor je?
Je bent niet alleen!
Delen geeft lucht.
'Toegeven dat het niet gaat is een vorm van sterk zijn'
Het is een mooie dag in september. Ik ben aan het werk op de taxi.
Ik voel mij moe, misselijk, mijn hart gaat te keer en ik kan mij erg moeilijk concentreren. Eigenlijk ben ik doodop. Al weken voel ik mij zo, maar ik duw het weg. Veel te lastig om aan toe te geven, helemaal geen tijd voor.
Als mijn klant een verhaal begint op te steken waar ik naar moet luisteren én ik moet mij concentreren op de weg, breekt er iets in mij. De tranen schieten in mijn ogen. Met veel moeite probeer ik vriendelijk te blijven.
Ik ben blij met de mondkapjes die gedragen moeten worden, daardoor kan ik ongezien mijn loopneus afvegen.
Eindelijk kan ik mijn klant afzetten op de bestemde plaats. Ik haal een keer diep adem, maar het helpt niet. De tranen blijven maar komen, het lukt mij niet meer. Ga ik door dat ben ik een gevaar op de weg. Ik moet voor ieders veiligheid wel opgeven.
Met veel moeite en nog misselijker dan ik al was stuur ik de centrale een berichtje: ‘Mag ik eruit? Ik voel mij niet lekker.’
Wat ik voelde was puur falen. Ik heb opgegeven. Ik kon het niet meer alleen. Wat was ik een slappeling!
Ik zette de stap die ik wel moest zetten: hulp zoeken!
Na weken van tranen, nog meer tranen, slapen, en nog meer slapen, kon ik weer wat gesprekken voeren. Ik zocht hulp bij verschillende coaches. Ik klom langzaam op uit een dal en heb in een jaar tijd meer van en over mijzelf geleerd dan in al die jaren daarvoor.
-TOEGEVEN DAT HET NIET GAAT IS EEN VORM VAN STERK ZIJN-
Deze zin kreeg ik van een lieve naaste toen ik net had toegegeven dat ik het even niet meer zelf kon.
Nu ik terug kijk op mijn proces is dat de grootste drempel geweest die ik toen moest nemen: toegeven dat het niet meer ging, en hulp vragen!
Ik moest van mijzelf sterk zijn, vooral niet laten merken dat het niet gaat, dat ik het leven echt even niet meer leuk vind.
Maar door die drempel wel over te gaan ben ik verder gekomen dan ik ooit voor mogelijk had gehouden!
Vraag hulp als het niet gaat, als je er zelf even niet uit komt. Kleine keuzes of grote problemen, grote keuzes of kleine problemen. Je hoeft het niet alleen te doen!
We zijn hier samen op de aarde, óók om elkaar te helpen en ondersteunen!
Wie ben jij?
Wie ben jij
Als alle ruis wegvalt
en er rust heerst
Als er geen meningen
van anderen zijn
Als er geen oordeel is
over jouw handelen
Als je de ander
niet nodig hebt
voor bevestiging
Als je loslaat
wat een ander
ooit van je zei
en van je vond
Als je loslaat
wie je denkt
te moeten zijn
Als je in liefde
en vol vertrouwen
jezelf omarmt
Wie ben je dan, lieve jij?